Je kent het wel… je stapt een nieuwe groep binnen. Je kijkt eens rond. Wat voor types zijn dit? Zie je iets bekends? Kun je aan hun accent horen waar ze vandaan komen? Welke kleding dragen ze? Wie kent elkaar al? Hoe gaan ze hier met elkaar om?
“Laten we even een voorstelrondje doen. We beginnen dáár, en gaan dan de rij af. Vertel wie je bent, waar je vandaan komt, en wat je hoopt te leren.” Je hoort namen, woonplaatsen en goede voornemens. Ja, leuke mensen hoor. Vriendelijk, betrokken, spontaan. Dit gaat een gezellig jaar worden. Maar wat weet je na dit rondje nu echt over degene die naast je zit?
“Wie ben jij?” Die vraag is niet eenvoudig te beantwoorden, Het omvat je hele leven, je karakter, je levenservaring, je tradities. Het kost tijd om een ander te leren kennen. Het kost tijd om jezelf te laten zien. Het is makkelijker om je aan te passen. Op te gaan in de massa. Andere gebruiken overnemen. Anders lijkt vaak beter. Je neemt je vertrouwde gewoontes onder de loep. Je houdt opruiming: wat past wel bij mij, en wat niet?
“Wie ben ik?” Zelf weet je het misschien niet zo goed. Denk eens na… Wat zou je vriendin zeggen die je leerde kennen in groep 3? Of je moeder die jouw chagrijnige buien verdraagt? Of de buurjongen met wie je elke zaterdag ging vissen? Of de broer met wie je eindeloze discussies voert?
Nieuwe contacten. Je kunt er helemaal in op gaan. Verwaarloos je oude niet. Bij wie je jezelf bent. Die je aanvaarden. Liefhebben. Wat je ook doet. Omdat ze je kennen. Als geen ander.
Nieuwe ideeën. Andere gewoontes. Het kan je verwarren. Het gevoel geven niet goed genoeg te zijn. Er niet bij je horen. “Wie ben ik?” Je Schepper weet het. Hij doorgrondt en kent jou. Als geen ander.
Debora Mensink