Huttendorp

Een blog van Anja de Bonte- van der Sluijs De marktkraam

“Zachtjes sluipen de mannen van Nehemia door de donkere straten van de stad.” Het is de eerste zin van mijn verhaal over de wederopbouw van de stad Jeruzalem.

andachtig kijken de kinderen me aan. Als ik uitleg dat we ook bij het bouwen van een hut niet zonder de hulp van de Heere kunnen, zie ik ze instemmend knikken.

Met alle goede voornemens van de wereld beginnen ze even later aan het bouwen van een hut. Ik struikel bijna over een paar jongens die al aan het slepen zijn met de pallets.
“Straks zijn ze op of anderen hebben de mooiste ingepikt,” leggen de harde werkers me uit.

Een eindje verderop staan twee groepjes te ruziën, terwijl een meisje er huilend vandaan rent omdat ze niet mee mag doen. Tja, hoe lossen we dit op?

Rechts achterin op het veld zijn vier jongens zonder overleg (lijkt het) al druk aan het timmeren of hun leven ervan afhangt. Meewarig worden ze aangekeken door hun buren. “Moet je zien wat een lelijke hut!”, roept Sanne. De jongens hebben er geen erg in. Mooi is hun doel ook niet. Het moet stevig zijn. Waarom? Nou, dan kunnen ze hoger bouwen. Kijk eens? Na uren timmeren hebben ze de top bereikt. Juichend staan ze er bovenop. Als je de hut goed bekijkt, is het knap werk dat ze geleverd hebben. De jury (twee vrouwen) kijkt echter angstig omhoog. Is dit niet veel te gevaarlijk?

Sanne, Lisette, Jorick en Lars hebben eerst uitgebreid besproken hoe ze de hut gaan maken. De taken zijn keurig verdeeld en als de jury aan het eind van de dag met de beoordeling langskomt, blijkt dat ze het goed hebben gedaan. Ze krijgen veel punten voor de gordijntjes, de leuke versieringen en de vensterbank.

Op de derde dag gaat het spannend worden. Dan moeten de laatste details worden afgewerkt. Voorin naast de tent zijn vijf kinderen druk met elkaar in gesprek. Het is duidelijk dat Vincent de leider is. Alleen Florence lijkt niet te horen wat Vincent zegt. Ze staat een beetje te draaien en te wiebelen op haar benen, maar opeens stapt ze naar voren en zegt ze wat tegen de anderen. Vincent geeft haar een dikke duim (blijkbaar was het een gouden tip) en daarna gaat ook iedereen gelijk aan de slag.

De bouw van dit huttendorp is toch net de grote-mensenwereld-in-het-klein? Helemaal als aan het einde van de middag de shovel komt die alle bouwwerken omvertrekt, zodat er niet ééntje meer blijft staan. Van onze ‘bouwsels’ zal ook niets blijven staan op de dag dat de Heere terugkomt op de wolken. Er staat in de Bijbel dat er niet één steen op de andere zal blijven staan. Dan telt niet het aantal punten of dat je de hoogste of sterkste hut hebt gebouwd.
Op de laatste dag kijkt God of we een inwoner zijn geweest van Zijn stad. De stad die fundamenten heeft en waarvan de kunstenaar en bouwmeester God Zelf is…

Lees meer over het magazine.

Thema

Dit artikel valt onder een van onze basis thema's: