Te veel gesnoept

Te veel gesnoept
In de la van je bureau ligt een zak winegums. Terwijl je je opdrachten maakt, trek je de la open. Heerlijk, een snoepje. En nog één. Nog ééntje dan… Lekker joh. En voor je opdracht af is, is de zak leeg. Oeps. Dat was eigenlijk niet de bedoeling. Maar wel lekker.
Als je beneden komt, ruik je de geur al van het avondeten. Aardappels, groente vlees. Niets bijzonders. O, gaan we nu al eten? ‘Ik hoef niet zoveel hoor’, zeg je. En je moppert: ‘Wanneer eten we weer iets anders? Iets lekkers?’

Te veel gesnoept. Dit hoorde ik laatst in een preek. Het ging over brood. Het Brood. Het Brood des Levens. Vergelijkbaar met het manna. Dagelijkse kost. Niets bijzonders. Maar wel voedzaam. En noodzakelijk om in leven te blijven.

Wij hebben vaak geen zin in dit Brood. We hebben liever de snoepjes van de duivel. Snel, makkelijk, voor het grijpen. ‘Het oog wordt niet verzadigd met zien, en het oor wordt niet vervuld met horen’, zegt de Prediker (1:8). Het zijn zoethoudertjes. Je krijgt een fijn gevoel, maar blijvend is het niet. Het roept altijd om meer. Zo houdt de duivel ons in zijn greep. En als het dan tijd is om uit je Bijbel te lezen? Dan heb je geen honger meer. Het smaakt je niet. De behoefte naar dit Brood voel je niet. Want je hart is vol. Vol met allemaal stukjes zonde. Stel het je maar eens voor, als een grote brij die je hebt in geslikt, één voor één. Omdat je er niet vanaf kon blijven.

Wat biedt God je aan? Zijn eigen Zoon, tot verzadiging. Wie in Hem gelooft, is vol. Vol van vreugde, verwondering, liefde. Wat Hij geeft, is niet te vergelijken met de korte geniet-momentjes die de duivel biedt. Deze blijdschap duurt eeuwig!

De opperste Wijsheid (Jezus Zelf) richt een maaltijd aan. We lezen dat in Spreuken 9. Je wordt genodigd: ‘Komt, eet van Mijn brood, en drinkt de wijn die ik gemengd heb.’ Met de belofte, en het bevel: ‘Leeft!’

Duivels snoep of Hemels brood: Wat smaakt voor jou naar meer?

Debora Mensink

Thema

Dit artikel valt onder een van onze basis thema's:

Lees meer: